Crea Beton

Crea beton voor maatwerk!

Crea Beton vervaardigt betonproducten van gladde en/of bewerkte grijze, gewapende beton voor de woning-, utiliteits- en weg- en waterbouw. In een bouwproces zijn in principe drie partijen: de opdrachtgever, architect en aannemer. De aannemer besteedt vervolgens allerlei zaken uit aan toeleveranciers en onderaannemers. Eén van die toeleveranciers is Crea Beton. Opdrachtgevers zijn steeds vaker projectontwikkelaars. Projectontwikkelaars bedenken projecten, werken samen met architecten, zoeken locaties, en interesseren gemeenten en financiers voor ambitieuze bouwprojecten en de exploitatie daarvan. De projectontwikkelaars krijgen steeds meer invloed, en kunnen scherpe aanbestedingen realiseren ten koste van de marge van aannemers. 

Globale werkwijze maatwerk bij Crea Beton: nadat de Crea-projectmanagers een project- contract binnengehaald hebben wordt er een ontwerp gemaakt met de bijbehorende technische berekeningen, op aanwijzing van de architect of een constructiebureau.  Daarna volgt de fabricage en op locatie de montage aan de hand van de projectplanning die door  projectmanagers van Crea Beton wordt opgesteld. Deze projectplanning is uiteraard ingepast is in het grotere geheel van het bouwproject.

Behalve maatwerk heeft Crea Beton ook de mogelijkheid voor een uitgebreid programma standaard betonproducten voor rioleringen en afvalwatersystemen die vooral geleverd worden aan aannemers in de wegenbouw en waterzuivering.

Historie

In 1939 werd Crea Betonindustrie N.V. opgericht. Op een  terrein aan de Haven in Assen werd aangevangen met de productie van betonartikelen; daar bevindt zich nu alleen nog het hoofdkantoor en de huidige afdelingen financiën/administratie, projectplanning, de projectmanagers, ontwerp/tekenkamer, inkoop en bouwzaken. Alle fabricage vindt tegenwoordig in Groningen plaats.

Tussen 1945-1979 is er sprake van een constante groei. In 1961 werd door Crea Beton het initiatief genomen om in Groningen een betoncentrale te plaatsen voor leveringen aan de aannemerij en aan de eigen betonelementenfabriek. Op dezelfde locatie staat ook de betoncentrale.  Tussen 1979-1989 werden onder leiding van de huidige directeur F.W. Crea, een man met moderne opvattingen over leiderschap, de bakens verzet. De ondernemingsraad wordt nauw bij belangrijke beslissingen betrokken en initiatief van werknemers wordt gewaardeerd. Met nieuw elan werd het beleid geleidelijk omgebogen van een grootschalige automatische productie (tegels, banden, putten e.d.), naar een kleinschalige, arbeidsintensieve productie van prefab producten voor de woningbouw waarvoor drie overdekte , geconditioneerde hallen op het terrein in Groningen zijn ingericht. Nu, aan het eind van de jaren ’90  ontwikkelt Crea Beton zich verder tot een specialist in fabricage van kwalitatief hoogwaardige prefab-betonproducten voor de woning-, de utiliteits- en voor de wegenbouw.  Samen met het hoofd planning belegt hij regelmatig strategische bijeenkomsten om systematisch de mogelijkheden in kaart te brengen.

Er is een toenemende vraag in de utiliteitsbouw om ook de engineering  (het ontwerp, berekening van sterktes en materiaalbehoefte) en montage voor de opdrachtgever te verzorgen. In de huidige hoogconjunctuur zijn er veel opdrachten. J.W. Crea vraagt zich af of hij niet op het overnamepad moet, en hoe hij dit zal aanpakken. Eén van de problemen is om geschikte mensen te vinden in de huidige krappe arbeidsmarkt. De solvabiliteit is uitstekend, met het huidige personeelsbestand van 165 werknemers wordt 69 miljoen omzet gedraaid en een brutowinst van f 17,5 miljoen.

Ten einde de naleving op de ISO 9001 procedures te waarborgen heeft de directie van CREA een kwaliteitsmanager benoemd ter advisering aan directie.

De gang van zaken

Een aantal zaken is wat minder florissant dan op het eerste gezicht lijkt. Op een aantal maatwerkprojecten is verlies geleden doordat de samenwerking met de andere partners in de utiliteitsbouw op het gebied van engineering en montage niet goed liep. De directie van Crea denkt er over om voor opdrachtgevers de totale engineering en montage zelf te gaan verzorgen om zo de regie beter in de hand te hebben. (Eigenlijk aannemer te worden). Er is dan een betere planning en kwaliteitscontrole mogelijk vanaf de ontwerpfase van een project. In het algemeen worden afnemers van alle producten die Crea Beton levert kritischer. Zij stellen hoge eisen aan tijdige oplevering waarbij een minimaal aantal gebreken wordt verwacht. 

Bij de laatste wijzigingen in de organisatiestructuur is een soort duaal management geïntroduceerd waarbij zowel de uitvoerder van Crea Beton op de bouwplaats en de projectmanager allebei operationele bevoegdheden hebben. De projectmanager voelt zich verantwoordelijk voor tijdige oplevering, omdat hij anders problemen krijgt met de hoofdaannemer en opdrachtgever, en de uitvoerder loopt tegen samenwerkingsproblemen aan met andere toeleveranciers en onderaannemers. Daardoor ontstaan nogal eens conflicten. Pas geleden heeft een uitvoerder zich ziek gemeld vlak voor een te late oplevering. Bovendien is er weinig controle over het verloop in kosten en tijd van de projecten en  moet er eigenlijk meer overleg gevoerd worden  over het verloop van de projecten tussen de verschillende afdelingen en partijen in het bouwproces, vanaf het ontwerp tot en met de montage.

De afdeling projectplanning klaagt regelmatig dat de projectmanagers geen duidelijke gefaseerde begrotingen maken, waardoor niet duidelijk is in welke fase welke kosten gemaakt worden. Daardoor kunnen zij aan de financiële afdeling niet duidelijk maken waar de verliezen zijn ontstaan.

De projectmanagers zeggen dat er wel duidelijke begrotingen van de projecten gemaakt worden, de oorzaak  van verliezen ligt in de uitvoering. Zij vinden dat ze al overbelast zijn en financiën moet zelf maar wat meer doen. Financiën/administratie wil meer gedetailleerde calculaties en een gedetailleerde kostenbewaking hebben.

F.W. Crea heeft de projectmanagers altijd de vrije hand gegeven. Alleen afwijkingen in de voortgang moeten de projectmanagers melden. Zij kregen van hem in feite alle bevoegdheden over de onderhanden projecten en beschouwen de uitvoerders als ondergeschikten.

De teamleider van de projectmanagers Karel de Goede wil zich graag verder ontplooien en is anderhalf jaar geleden bij een projectontwikkelaar gaan werken. Hij was ontevreden over de gang van zaken op de bouwlocaties en vond zijn beloning niet in overeenstemming met de zelfstandigheid die van hem verwacht wordt. Voor zijn functie is nog steeds een vacature.

De uitvoerders vallen onder bouwzaken, hebben  hun eigen verantwoordelijkheid op de bouwplaats en vinden dat de projectmanagers geen verstand hebben van bouwen en de risico’s die dit voor het personeel kan opleveren als ter wille van de oplevering het met de veiligheid niet zo nauw genomen wordt. Bij de uitvoerders ligt de door de directie gedelegeerde verantwoordelijkheid voor de eisen die aan de arbeidsomstandigheden worden gesteld (ARBO-wetgeving).

In de laatste besprekingen over de gang van zaken met de verschillende afdelingshoofden in het managementteam is gebleken dat er zo’n diversiteit is ontstaan qua markt en product dat de huidige organisatiestructuur niet langer voldoet. Het afdelingshoofd financiën maakt wel de duidelijk kanttekening, dat hoe het bedrijf ook maar georganiseerd gaat worden, hij aan iedere activiteit die ondernomen wordt administratieve eisen zal blijven stellen, en dat hij het liefst heeft dat projectmanagers en uitvoerders ook verantwoordelijk zijn voor de administratieve afwikkeling conform nieuw op te stellen richtlijnen door de afdeling financiën en administratie. Hij wordt daarin gesteund door J.W. Crea.

Op een congres over ruimtelijke ordening kwam dhr. Crea, Karel de Goede tegen. “Fijn om je te zien” zei Karel. “Ik mis mijn team projectmanagers bij Crea en met de kennis die ik nu heb zou ik grote projecten met ze kunnen ontwikkelen, maar ik heb niet voldoende middelen om zelf te beginnen” 

Dit was de directe aanleiding voor J.W. Crea om een organisatieadviseur in te schakelen.

Reacties zijn gesloten.